Paddevissen/kikvorsvissen
soort
|
Vissen uit deze familie worden vaak
gevonden op de bodem van kustwateren over de gehele wereld. Ze hebben
een vrij brede kop en mannetjes van sommige soorten kunnen "zingen" met
behulp van hun zwemblaas. De kikvorsvissen omvatten ongeveer 70 soorten
in 19 geslachten. De kikvorsvissen hebben meestal geen schubben en de
ogen zitten bovenop de grote kop. Hun bek is groot en in bezit van zowel
een boven- als onderkaak. De kieuwen zijn klein en zitten aan de zijkant
van de vis. Ze hebben twee rugvinnen, waarbij de eerste kleine rugvin
stralen heeft en de tweede, langere rugvin 15 tot 25 stralen bevat. Het
geslacht Thalassophryninae is giftig, waarbij vier holle stralen
met het gif een pijnlijke wond kunnen veroorzaken. Het zijn bodemvissen
die van de kust tot in de diepere wateren leven. Ze zijn over het
algemeen omnivoor en eten zeewormen, kreeftachtigen, schaaldieren en
andere vissen. De mannetjes maken een nest en bewaken het nadat het
vrouwtje de eieren heeft gelegd. De mannetjes lokken vrouwtjes door te
"zingen" met hun zwemblaas, waarbij het geluid neuriënd of fluitend is.
Hieronder een voorbeeld. |
|
Pacuma toadfish/Batrachoides surinamensis/Lompo
Max lengte/gewicht: 57cm/2.3
kg.
Leefgebied/gedrag:
Tropisch tot -36 meter diepte.
Western central Atlantic: Honduras tot Salvador in Brazilië. Meestal in
brakwater op zandige en modderige bodem in ondiep warm water. Geen
actieve vis.
Voedsel: kleine kreeftachtige en schaaldieren.
Vistechniek:
Wordt niet gericht bevist. Meestal een ongewenste bijvangst tijdens het bodemvissen.
Eigen vangsten: Enkele exemplaren in Suriname. Monding
Suriname rivier bij Braamspunt
|
|